Tags:
Zaterdag 3 augustus 2019
Na een volledige dag in Ljubljana te hebben doorgebracht, ben ik op deze zaterdag naar Kranj geweest dat in het noordwesten van Slovenië ligt. De stad heeft een kleine 40.000 inwoners. Er is een compact historisch centrum. In principe maak ik al mijn vakantiereizen met de trein. In Slovenië zijn er echter maar relatief weinig treinen zoals te zien is op het onderstaande vertrekbord van het centraal station van Ljubljana. De treinen die rijden, hebben ook geen regelmatige dienstregeling zoals in Nederland het geval is.

Vanuit Ljubljana rijden er wel regelmatig bussen naar Kranj. Voor 8 euro heb je al een retourtje te pakken. Kaartjes kunnen online besteld worden, maar moeten wel op het busstation in Ljubljana afgehaald worden. Ook wanneer je verder wilt reizen in het voormalige Joegoslavië is de bus eigenlijk de enige optie. Treinen rijden er wel, maar het is allemaal heel beperkt. Zo is er wel rechtstreekse trein naar Belgrado, maar is de Bosnische hoofdstad Sarajevo niet met de trein te bereiken.

Met de bus ben je vanuit Ljubljana een kleine 40 minuten onderweg naar Kranj. Daar kun je midden in het centrum uitstappen. Hier zit ook een toeristisch informatiepunt waar je een gratis stadsplattegrond op kunt halen.

De bekendste inwoner van de stad is France Preseren. Hij leefde van 1800 tot 1849 en was een bekende Sloveense dichter en jurist. Het gedichht Zdravljica dat hij in 1844 geschreven heeft is tegenwoordig het volkslied van Slovenië. In de stad Kranj is er een klein museum waarin zijn leven verteld wordt. Preseren is op 3 december 1800 geboren in het plaatsje Vrba in een boerengezin.

Van 1813 tot 1821 zat hij op school in Ljubljana. Eerst op een school voor voortgezet onderwijs en van 1819 tot 1821 studeerde hij filosofie om hierna toegelaten te kunnen worden tot de universiteit. Er was echter een driejarige vooropleiding nodig om naar de universiteit te kunnen. Omdat in Ljubljana slecht twee jaar vooropleiding werd aangeboden, ging hij voor zijn derde studiejaar naar Wenen. Na afronding van het derde jaar bleef hij hier en volgde een opleiding tot advocaat. Toen hij in Wenen woonde begon hij al met het schrijven van gedichten.

In 1833 ontmoette hij Julija Primic, de dochter van een rijke zakenman uit Ljubljana. Zij was echter niet verliefd om hem, maar hij schreef wel een groot aantal gedichten die aan haar opgedragen waren. Uiteindelijk trouwde Julija met een oude klasgenoot van Preseren. In 1835 overleed niet alleen zijn oom die hem tot dat moment altijd financieel onderhouden had, maar ook een goede vriend. De volgende foto laat zijn kamer zien toen hij aan het einde van zijn leven hier in Kranj woonde.

In de jaren ’40 van de 19de eeuw schreef hij allerlei gedichten die niet gepubliceerd mochten worden omdat ze als onderwerp het verlangen van de Slovenen naar een eigen staat hadden. Pas na de revolutie van maart 1848 konden deze gedichten gepubliceerd worden. In 1846 startte hij ook weer met zijn werk als jurist en begon een eigen kantoor in Kranj. Halverwege het jaar 1848 werd hij ziek om begin 1849 te overlijden.

Vanuit het museum ben ik vervolgens verder gelopen naar het plein van de stad waar deze stenen fontein te zien is.

In een 16de eeuws pand, het Pavslar huis, bevindt zich de “Preseren Award Recipients Gallery”. De “Preseren Awards’ zijn de hoogste onderscheiding op het gebied van de kunst in Slovenië en worden sinds 1947 verleend. In deze galerie zijn een groot aantal werken te zien van kunstenaars die deze onderscheiding ontvangen hebben.


Een deel van de collectie van het stadsmuseum van Kranj bevindt zich in een pand tegenover de kunstgallerij. De permanente tentoonstelling laat de geschiedenis van de stad Kranj zien. Daarnaast is er ook steeds een wisseltentoonstelling te zien. Deze dag was er geen regen meer en waren de temperaturen weer echt zomers. Hoewel er wel de nodige toeristen in Kranj waren, maakte de stad geen hele drukke indruk.

De tijdelijke tentoonstelling, helaas zonder Engelse teksten, ging over Ljudmila Belcijan. Zij leefde van 1924 tot 2016. Ze werkte als een soort huishoudster op het kasteel in Brdo en later op het witte paleis in Belgrado, waar de koninklijke familie van Joegoslavië woonde. Toen de Duitsers binnenvielen vertrok de koninklijke familie met een deel van het personeel naar Kenia wat toen een Britse kolonie was. In 1943 kreeg de familie toestemming om te verhuizen naar Zuid-Afrika.

Ljudmila bleef na de oorlog in Zuid-Afrika wonen terwijl de koninklijke familie vertrok naar Zwitersland. Een belangrijke bron van informatie zijn de dagboeken geweest die ze in Zuid-Afrika heeft bijgehouden.

De tweede tijdelijke tentoonstelling waren een aantal objecten van Hamo Cavrk. Hij maakt kunstwerken bestaande uit geometrische vormen. Het kunstwerk zelf bestaat uit lichtstralen die vanuit de bodem in een bepaalde hoek naar boven schijnen. Glasplaten weerkaatsen vervolgens deze lichtstralen en zo ontstaat dit kunstwerk.

De verschillende musea in Kranj zijn allemaal onderdeel van hetzelfde stadsmuseum. Dit gebouw is het voormalige gemeentehuis van Kranj. Het bestaat uit een tweetal verschillende huizen. De trouwzaal van het pand wordt nog steeds gebruikt. Ik kon er nog net een foto nemen terwijl ze al bezig waren om deze zaal in gereedheid te brengen voor een huwelijk.


Zoals bij de meeste stadsmusea het geval is, krijg je eerst wat opgravingen uit de oudheid te zien. Er wordt wat verteld over de kopertijd. In een aparte zaal komt ook de periode aan bod van de Romeinen. Dat is op de volgende foto te zien. Het museum gaat overigens wel in grote stappen door de geschiedenis heen.

Verder is er een kleine verzameling oude zwart-wit foto’s te zien van oude huizen en schuren uit de stad. Op de onderstaande foto is het interieur te zien van een boerderij uit de 16de eeuw.

Op de volgende foto is een collectie van religieuze voorwerpen te zien. Helaas stonden er alleen maar korte beschrijvingen bij zodat niet altijd duidelijk is uit welke tijd ze komen en wat precies het verband is met Kranj.

Iets wat ik zelf wel bijzonder vond, was deze miniatuurkruisweg.

Hierbij nog een foto van een ruimte met allerlei voorwerpen uit de geschiedenis. Zoals al eerder gezegd, er zijn korte beschrijvingen, maar de voorwerpen lijken soms wat willekeurig bij elkaar gezet.

Een ander interessant kunstwerk is dit fresco uit de 15de eeuw, die laat zien hoe het leven van gewone boeren en mensen die in de stad leefden er toen uitzag. Het Khislstein kasteel van Kranj is een andere vestiging van het stadsmuseum en hier is nog meer te zien over de geschiedenis van Kranj. Een aantal foto’s hiervan staan in het volgende deel van dit reisverslag.

In de buurt van de Sint Cantius kerk bevindt zich onder de grond een ossuarium waarin de beenderen van overledenen worden bewaard. Wanneer je dit ossuarium wilt bezoeken, kun je dit aangeven in het stadsmuseum en loopt er een medewerker met je mee om de toegang te ernaar toe te openen, die zich niet in het museum zelf bevindt maar gewoon buiten. Dit waren dan de beenderen van mensen die ooit begraven waren, maar plaats moesten maken voor nieuwe overledenen. In 1317 wordt voor de eerste keer het bestaan van dit ossuarium beschreven.

Boven het ossuarium was er een kleine kapel. Na een grote brand in 1668 werd de kapel gesloten en in 1789 verdween ook het ossuarium onder de grond. Dit was vanwege een grote plaag die toen in de stad heerste waardoor hier veel lichamen gecremeerd werden. Het kerkhof van Kranj werd toen verplaatst naar buiten de stad. Bij archeologische opgravingen in 1972 werd de kapel met het ossuarium opnieuw ontdekt.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
Na een volledige dag in Ljubljana te hebben doorgebracht, ben ik op deze zaterdag naar Kranj geweest dat in het noordwesten van Slovenië ligt. De stad heeft een kleine 40.000 inwoners. Er is een compact historisch centrum. In principe maak ik al mijn vakantiereizen met de trein. In Slovenië zijn er echter maar relatief weinig treinen zoals te zien is op het onderstaande vertrekbord van het centraal station van Ljubljana. De treinen die rijden, hebben ook geen regelmatige dienstregeling zoals in Nederland het geval is.

Vanuit Ljubljana rijden er wel regelmatig bussen naar Kranj. Voor 8 euro heb je al een retourtje te pakken. Kaartjes kunnen online besteld worden, maar moeten wel op het busstation in Ljubljana afgehaald worden. Ook wanneer je verder wilt reizen in het voormalige Joegoslavië is de bus eigenlijk de enige optie. Treinen rijden er wel, maar het is allemaal heel beperkt. Zo is er wel rechtstreekse trein naar Belgrado, maar is de Bosnische hoofdstad Sarajevo niet met de trein te bereiken.

Met de bus ben je vanuit Ljubljana een kleine 40 minuten onderweg naar Kranj. Daar kun je midden in het centrum uitstappen. Hier zit ook een toeristisch informatiepunt waar je een gratis stadsplattegrond op kunt halen.

De bekendste inwoner van de stad is France Preseren. Hij leefde van 1800 tot 1849 en was een bekende Sloveense dichter en jurist. Het gedichht Zdravljica dat hij in 1844 geschreven heeft is tegenwoordig het volkslied van Slovenië. In de stad Kranj is er een klein museum waarin zijn leven verteld wordt. Preseren is op 3 december 1800 geboren in het plaatsje Vrba in een boerengezin.

Van 1813 tot 1821 zat hij op school in Ljubljana. Eerst op een school voor voortgezet onderwijs en van 1819 tot 1821 studeerde hij filosofie om hierna toegelaten te kunnen worden tot de universiteit. Er was echter een driejarige vooropleiding nodig om naar de universiteit te kunnen. Omdat in Ljubljana slecht twee jaar vooropleiding werd aangeboden, ging hij voor zijn derde studiejaar naar Wenen. Na afronding van het derde jaar bleef hij hier en volgde een opleiding tot advocaat. Toen hij in Wenen woonde begon hij al met het schrijven van gedichten.

In 1833 ontmoette hij Julija Primic, de dochter van een rijke zakenman uit Ljubljana. Zij was echter niet verliefd om hem, maar hij schreef wel een groot aantal gedichten die aan haar opgedragen waren. Uiteindelijk trouwde Julija met een oude klasgenoot van Preseren. In 1835 overleed niet alleen zijn oom die hem tot dat moment altijd financieel onderhouden had, maar ook een goede vriend. De volgende foto laat zijn kamer zien toen hij aan het einde van zijn leven hier in Kranj woonde.

In de jaren ’40 van de 19de eeuw schreef hij allerlei gedichten die niet gepubliceerd mochten worden omdat ze als onderwerp het verlangen van de Slovenen naar een eigen staat hadden. Pas na de revolutie van maart 1848 konden deze gedichten gepubliceerd worden. In 1846 startte hij ook weer met zijn werk als jurist en begon een eigen kantoor in Kranj. Halverwege het jaar 1848 werd hij ziek om begin 1849 te overlijden.

Vanuit het museum ben ik vervolgens verder gelopen naar het plein van de stad waar deze stenen fontein te zien is.

In een 16de eeuws pand, het Pavslar huis, bevindt zich de “Preseren Award Recipients Gallery”. De “Preseren Awards’ zijn de hoogste onderscheiding op het gebied van de kunst in Slovenië en worden sinds 1947 verleend. In deze galerie zijn een groot aantal werken te zien van kunstenaars die deze onderscheiding ontvangen hebben.


Een deel van de collectie van het stadsmuseum van Kranj bevindt zich in een pand tegenover de kunstgallerij. De permanente tentoonstelling laat de geschiedenis van de stad Kranj zien. Daarnaast is er ook steeds een wisseltentoonstelling te zien. Deze dag was er geen regen meer en waren de temperaturen weer echt zomers. Hoewel er wel de nodige toeristen in Kranj waren, maakte de stad geen hele drukke indruk.

De tijdelijke tentoonstelling, helaas zonder Engelse teksten, ging over Ljudmila Belcijan. Zij leefde van 1924 tot 2016. Ze werkte als een soort huishoudster op het kasteel in Brdo en later op het witte paleis in Belgrado, waar de koninklijke familie van Joegoslavië woonde. Toen de Duitsers binnenvielen vertrok de koninklijke familie met een deel van het personeel naar Kenia wat toen een Britse kolonie was. In 1943 kreeg de familie toestemming om te verhuizen naar Zuid-Afrika.

Ljudmila bleef na de oorlog in Zuid-Afrika wonen terwijl de koninklijke familie vertrok naar Zwitersland. Een belangrijke bron van informatie zijn de dagboeken geweest die ze in Zuid-Afrika heeft bijgehouden.

De tweede tijdelijke tentoonstelling waren een aantal objecten van Hamo Cavrk. Hij maakt kunstwerken bestaande uit geometrische vormen. Het kunstwerk zelf bestaat uit lichtstralen die vanuit de bodem in een bepaalde hoek naar boven schijnen. Glasplaten weerkaatsen vervolgens deze lichtstralen en zo ontstaat dit kunstwerk.

De verschillende musea in Kranj zijn allemaal onderdeel van hetzelfde stadsmuseum. Dit gebouw is het voormalige gemeentehuis van Kranj. Het bestaat uit een tweetal verschillende huizen. De trouwzaal van het pand wordt nog steeds gebruikt. Ik kon er nog net een foto nemen terwijl ze al bezig waren om deze zaal in gereedheid te brengen voor een huwelijk.


Zoals bij de meeste stadsmusea het geval is, krijg je eerst wat opgravingen uit de oudheid te zien. Er wordt wat verteld over de kopertijd. In een aparte zaal komt ook de periode aan bod van de Romeinen. Dat is op de volgende foto te zien. Het museum gaat overigens wel in grote stappen door de geschiedenis heen.

Verder is er een kleine verzameling oude zwart-wit foto’s te zien van oude huizen en schuren uit de stad. Op de onderstaande foto is het interieur te zien van een boerderij uit de 16de eeuw.

Op de volgende foto is een collectie van religieuze voorwerpen te zien. Helaas stonden er alleen maar korte beschrijvingen bij zodat niet altijd duidelijk is uit welke tijd ze komen en wat precies het verband is met Kranj.

Iets wat ik zelf wel bijzonder vond, was deze miniatuurkruisweg.

Hierbij nog een foto van een ruimte met allerlei voorwerpen uit de geschiedenis. Zoals al eerder gezegd, er zijn korte beschrijvingen, maar de voorwerpen lijken soms wat willekeurig bij elkaar gezet.

Een ander interessant kunstwerk is dit fresco uit de 15de eeuw, die laat zien hoe het leven van gewone boeren en mensen die in de stad leefden er toen uitzag. Het Khislstein kasteel van Kranj is een andere vestiging van het stadsmuseum en hier is nog meer te zien over de geschiedenis van Kranj. Een aantal foto’s hiervan staan in het volgende deel van dit reisverslag.

In de buurt van de Sint Cantius kerk bevindt zich onder de grond een ossuarium waarin de beenderen van overledenen worden bewaard. Wanneer je dit ossuarium wilt bezoeken, kun je dit aangeven in het stadsmuseum en loopt er een medewerker met je mee om de toegang te ernaar toe te openen, die zich niet in het museum zelf bevindt maar gewoon buiten. Dit waren dan de beenderen van mensen die ooit begraven waren, maar plaats moesten maken voor nieuwe overledenen. In 1317 wordt voor de eerste keer het bestaan van dit ossuarium beschreven.

Boven het ossuarium was er een kleine kapel. Na een grote brand in 1668 werd de kapel gesloten en in 1789 verdween ook het ossuarium onder de grond. Dit was vanwege een grote plaag die toen in de stad heerste waardoor hier veel lichamen gecremeerd werden. Het kerkhof van Kranj werd toen verplaatst naar buiten de stad. Bij archeologische opgravingen in 1972 werd de kapel met het ossuarium opnieuw ontdekt.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
Reactie toevoegen