Reisverslag Hamburg 2023 deel 16

Vrijdag 20 oktober 2023
Zoals in het vorige deel van dit reisverslag aangegeven staat de Hagenbeck dierentuin in het midden van de stad Hamburg. De tuin beschikt over een binnen- en een buitengedeelte. Het weer was deze middag nog steeds slecht met lage temperaturen en de nodige regen. Daarom zijn we eerst maar door het binnendeel gelopen in de hoop dat het weer daarna nog wat beter zou worden. Dat was helaas niet het geval waardoor het nog steeds regende toen we ook door het buitendeel gelopen hebben. De eerste foto geeft nog een overzicht van deze binnenruimte.



Wanneer je op het buitenterrein van het museum komt is het eerste gebouw het olifantenverblijf. Dit zit in een afgescheiden gedeelte van het gebouw waar het tropische binnengedeelte van het museum zich bevindt. De olifanten hebben hier een totale oppervlakte van 1000 vierkante meter. Het zanddeel van de ruimte wordt door water gescheiden van het bezoekers deel. De laatste olifant is hier eind 2018 geboren.



Omdat het nu al half oktober was, waren alle niet diergerelateerde zaken zoals attracties voor kinderen en eethuisjes in het buitengedeelte gesloten. De eetgelegenheden in het tropische deel waren wel gewoon open voor het publiek.



De laatste expeditie van de dierentuin vond in 1954 plaats en ging naar Iran. Halverwege het midden van de 20ste eeuw dreigde de Perzische versie van de halfezel uit te sterven. In totaal zijn er toen 11 volwassen ezels en 9 veulens gevangen die verdeeld over drie transporten terugkwamen naar Hamburg. Bijna alle dieren van deze soort die nu gehouden worden, komen van deze expeditie.



De Aziatische kamelen schuilden voor het slechte weer onder een afdak. Helemaal logisch omdat dit juist dieren zijn die volledig aangepast zijn op het leven met grote hitte, zandstormen en weinig water. Precies het tegenovergestelde dus van het weer van vandaag.



Alle buitenverblijven van de dieren zijn keurig netjes genummerd waarbij de nummers lopen tot en met 73. Nummer 11 is het verblijf van de mantelbavianen.



De roze flamingo’s bevinden zich in een van de grote vijvers die in het park te vinden zijn.





Voor de cavia’s in het park zijn er een aantal kleine huisjes gebouwd waar deze kunnen verblijven.



De papegaaien hebben ook een apart binnenverblijf in de dierentuin. Met dit slechte weer was het fijn om af en toe even te kunnen schuilen.



De Belgische haas van de dierentuin had zich ook veilig verstopt in een buis in zijn buitenverblijf. Het dier lijkt op een haas en is er ook naar vernoemd maar behoort tot de groep van de konijnen.



Het volgende dier is de Kamtsjatka beer. Deze leeft in het gelijknamige schiereiland van Rusland. In de zomer eet de beer veel om zo een vetlaag aan te brengen. In de koude maanden trekt het dier zich terug in holen. Hij komt daar in een soort winterslaap om zo energie te sparen.



Het standbeeld op de volgende foto beeldt Carl Hagenbeck af. Hij nam het bedrijf over van zijn vader en bouwde in 1907 de dierentuin op de huidige plek. Dit was ook de eerste dierentuin waar de dieren niet achter tralies zaten. Wilde dieren worden door water gescheiden van de bezoekers. Carl Hagenbeck wordt hier afgebeeld met een leeuw. Hij had met name een goede band met de leeuw Triest die hij verpleegde toen het dier erg ziek was. Toen hij een keer bij een bezoek in de leeuwenkuil struikelde werd hij aangevallen door een aantal dieren. De leeuw die hij toen lang verzorgd had sprong ertussen en redde hem daardoor het leven.



Op de laatste foto van dit deel van het reisverslag is het verblijf van de rode ibissen te zien.



Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen

Filtered HTML