Vrijdag 29 juli 2022
Het tweede deel van dit reisverslag uit Londen gaat verder met ons bezoek aan het British Museum. Een zeer uitgebreid museum met een indrukwekkende collectie voorwerpen uit allerlei tijdsperiodes en allerlei werelddelen. Het museum bezit natuurlijk ook een collectie voorwerpen uit de periode dat Engeland voor een deel onderdeel was van het Romeinse Rijk. Zo werd in 1992 in Hoxne, Suffolk een Romeinse schat gevonden die bestond uit meer dan 15000 gouden en zilveren voorwerpen zoals juwelen en tafelzilver. De voorwerpen komen uit het begin van de 5de eeuw en dit was de periode waarin het Romeinse gezag in Engeland aan het verbrokkelen was.

In het Romeinse Rijk werden dode keizers vaak vereert als Goden. De afbeeldingen van de keizers verschenen dan ook op munten, Verder werden beelden van steen en brons gemaakt die op belangrijke plaatsen kwamen te staan. Zo is op de onderstaande foto een bronzen hand te zien die gevonden is in Londen. Het vermoeden is, dat dit van een beeld komt van keizer Hadrianus.

In het museum is een reconstructie te zien van de graftombe van Gaius Julius Alpinus Classicaianus. Hij was tussen 61 tot 65 na Christus de procurator in Romeins Engeland. Dit was dus een Romeinse ambtenaar die namens de keizer bestuurder was van een bepaald gebied. Hij was hier benoemd na een mislukte rebellie en slaagde er in deze vier jaar in om de vrede weer te herstellen.


Een mooie vondst uit de periode van de Kelten is het onderstaande wiel. Normaal gezien vergaat hout zonder dat er sporen achter blijven. Bij dit wiel is het in eerste instantie gaan rotten. Op de lege plekken is door een overstroming vervolgens klei terechtgekomen waardoor de vorm van het wiel bewaard gebleven is. Na de opgraving is de klei verwijderd en vervangen door glasvezel zodat het permanent tentoongesteld kan worden.

De volgende ruimte gaat volledig over het oude Iran in de periode van 3000 voor Christus tot 651 na Christus. Dit was het jaar waarin de dynastie van de Sassaniden werd verdreven uit Perzië. Veel voorwerpen in deze zaal laten zien wat er door handwerkslieden uit die periode werd gemaakt en wat handelscontacten met andere gebieden opleverden. In de kasten die langs de muren staan, zijn voorwerpen te zien uit de oude hoofdstad Persepolis.

Een bijzonder voorwerp is de Cyrus cilinder. Deze beschrijft de vreedzame verovering van Babylon in 539 voor Christus door koning Cyrus de Grote. Ook wordt hierop weergegeven hoe hij de belangrijkste tempel van de stad opnieuw opgebouwd heeft. Er staat ook op hoe hij in omliggende steden tempels heeft herbouwd en verdreven mensen heeft teruggebracht naar hun huizen. Deze cilinder wordt daarom ook wel gezien als een vroege beschrijving van bepaalde mensenrechten.

De volgende foto laat opgegraven voorwerpen zien die gevonden zijn tijdens opgravingen in Rusahinili. Dat is een stad in het oosten van het huidige Turkije. Het gaat om de restanten van een tempel uit het koninkrijk Urartu. Dit bestond van 860 tot 585 voor Christus in het Armeense hoogland. De tempels waren gemaakt van stenen en leem. Schilden en speren werden als decoratie gebruikt en voor de tempel stonden grote bronzen beelden. Bronzen beelden werden ook gebruikt ter decoratie van meubels.

De bibliotheek van Nineve is een collectie van meer dan 30.000 Assyrische kleitabletten. In 1849 werden de eerste kleitabletten gevonden door Austen Henry Layard bij een opgraving in het noorden van Mesopotamië (het huidige Irak). Samen met andere gevonden kleitabletten zijn deze overgebracht naar Engeland waar ze nu in het British Museum bewaard worden. De collectie wordt steeds verder gedigitaliseerd zodat deze voor iedereen toegankelijk is.

Het rijk van koning Nebukadnezar II liep van de Perzische Golf tot aan de Middellandse zee en vanaf de Caucasus tot het Noorden van Arabië. In de hoofdstad Babylon liet hij grote bouwwerken oprichten. Een bekend bouwwerk is bijvoorbeeld de Isjtarpoort. Dit was de achtste stadspoort van Babylon en gewijd aan de gelijknamige God. Een deel van deze poort is tegenwoordig te bezichtigen in het Pergamonmuseum in Berlijn.

Tussen 6000 en 1500 voor Christus ontwikkelde kleine agrarische nederzettingen in Mesopotamië zich tot de eerste steden. Zomaar weer een voorwerk uit deze tijd is deze lier uit het jaar 2500 voor Christus. De lier is gevonden in het graf van koningin Puabi.

Als laatste foto uit dit gedeelte van het museum nog een overzichtsfoto met allerlei opgegraven voorwerpen uit de beginperiode van Mesopotamië.

In een ander deel van het museum zijn grote ruimtes ingeruimd voor de grotere objecten. Een voorbeeld hiervan is de buste van koning Amenhotep III. Deze was oorspronkelijk onderdeel van een beeld van hem en zijn vrouw. Het stond in zijn graftempel. 150 jaar na het einde van zijn regeerperiode werd dit gebouw vernietigd door een aardbeving. De restanten van het beeld zijn vervolgens verplaatst naar een andere tempel.

Het volgende beeld is een van de weinig overgebleven beelden van een koning uit de Tweede Tussenperiode van Egypte (1782 tot 1570 voor Christus). Het beeld laat koning Sobekemsaf zien. Hiervan zijn er twee geweest en het is niet duidelijk om welke koning het hier gaat.

Op de onderstaande foto is de valse deur van Tjetji en zijn vrouw Debet te zien. Een valse deur in een tempel was een deur die de overgang moest weergeven tussen de wereld van de levenden en de wereld van de geesten.

Hieronder een groot beeld van een leeuw met het hoofd van een mens. Dit beeld was oorspronkelijk onderdeel van een paar leeuwen. Ze stonden langs een doorgang naar de troonzaal van Ashurnasirpal II (883 tot 859 voor Christus). Het beeld was bedoeld als een soort magische bescherming voor het gebouw.

De bronstijd bij de Grieken duurde van 3200 tot 1100 voor Christus. In deze periode werd brons gebruikt voor het maken van gereedschap, wapens en andere voorwerpen. De volgende foto laat een zaal van het museum zien waar allerlei voorwerpen te zien de periode van de Myceense beschaving (van 1600 tot 1100 voor Christus).

Nadat de Myceense koninkrijken tot een einde gekomen waren, ontstonden er machtige onafhankelijke steden zoals Athene, Korinthe, Sparta en Miletos. Dit is de periode van 1050 tot 520 voor Christus.

De laatste foto uit dit deel van het reisverslag laat een grote vaas zien uit 700 tot 650 voor Christus die gebruikt werd voor opslag. Het vermoeden is dat deze gemaakt is in Rhodes omdat dit de plek is waar hij ook gevonden is.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
Het tweede deel van dit reisverslag uit Londen gaat verder met ons bezoek aan het British Museum. Een zeer uitgebreid museum met een indrukwekkende collectie voorwerpen uit allerlei tijdsperiodes en allerlei werelddelen. Het museum bezit natuurlijk ook een collectie voorwerpen uit de periode dat Engeland voor een deel onderdeel was van het Romeinse Rijk. Zo werd in 1992 in Hoxne, Suffolk een Romeinse schat gevonden die bestond uit meer dan 15000 gouden en zilveren voorwerpen zoals juwelen en tafelzilver. De voorwerpen komen uit het begin van de 5de eeuw en dit was de periode waarin het Romeinse gezag in Engeland aan het verbrokkelen was.

In het Romeinse Rijk werden dode keizers vaak vereert als Goden. De afbeeldingen van de keizers verschenen dan ook op munten, Verder werden beelden van steen en brons gemaakt die op belangrijke plaatsen kwamen te staan. Zo is op de onderstaande foto een bronzen hand te zien die gevonden is in Londen. Het vermoeden is, dat dit van een beeld komt van keizer Hadrianus.

In het museum is een reconstructie te zien van de graftombe van Gaius Julius Alpinus Classicaianus. Hij was tussen 61 tot 65 na Christus de procurator in Romeins Engeland. Dit was dus een Romeinse ambtenaar die namens de keizer bestuurder was van een bepaald gebied. Hij was hier benoemd na een mislukte rebellie en slaagde er in deze vier jaar in om de vrede weer te herstellen.


Een mooie vondst uit de periode van de Kelten is het onderstaande wiel. Normaal gezien vergaat hout zonder dat er sporen achter blijven. Bij dit wiel is het in eerste instantie gaan rotten. Op de lege plekken is door een overstroming vervolgens klei terechtgekomen waardoor de vorm van het wiel bewaard gebleven is. Na de opgraving is de klei verwijderd en vervangen door glasvezel zodat het permanent tentoongesteld kan worden.

De volgende ruimte gaat volledig over het oude Iran in de periode van 3000 voor Christus tot 651 na Christus. Dit was het jaar waarin de dynastie van de Sassaniden werd verdreven uit Perzië. Veel voorwerpen in deze zaal laten zien wat er door handwerkslieden uit die periode werd gemaakt en wat handelscontacten met andere gebieden opleverden. In de kasten die langs de muren staan, zijn voorwerpen te zien uit de oude hoofdstad Persepolis.

Een bijzonder voorwerp is de Cyrus cilinder. Deze beschrijft de vreedzame verovering van Babylon in 539 voor Christus door koning Cyrus de Grote. Ook wordt hierop weergegeven hoe hij de belangrijkste tempel van de stad opnieuw opgebouwd heeft. Er staat ook op hoe hij in omliggende steden tempels heeft herbouwd en verdreven mensen heeft teruggebracht naar hun huizen. Deze cilinder wordt daarom ook wel gezien als een vroege beschrijving van bepaalde mensenrechten.

De volgende foto laat opgegraven voorwerpen zien die gevonden zijn tijdens opgravingen in Rusahinili. Dat is een stad in het oosten van het huidige Turkije. Het gaat om de restanten van een tempel uit het koninkrijk Urartu. Dit bestond van 860 tot 585 voor Christus in het Armeense hoogland. De tempels waren gemaakt van stenen en leem. Schilden en speren werden als decoratie gebruikt en voor de tempel stonden grote bronzen beelden. Bronzen beelden werden ook gebruikt ter decoratie van meubels.

De bibliotheek van Nineve is een collectie van meer dan 30.000 Assyrische kleitabletten. In 1849 werden de eerste kleitabletten gevonden door Austen Henry Layard bij een opgraving in het noorden van Mesopotamië (het huidige Irak). Samen met andere gevonden kleitabletten zijn deze overgebracht naar Engeland waar ze nu in het British Museum bewaard worden. De collectie wordt steeds verder gedigitaliseerd zodat deze voor iedereen toegankelijk is.

Het rijk van koning Nebukadnezar II liep van de Perzische Golf tot aan de Middellandse zee en vanaf de Caucasus tot het Noorden van Arabië. In de hoofdstad Babylon liet hij grote bouwwerken oprichten. Een bekend bouwwerk is bijvoorbeeld de Isjtarpoort. Dit was de achtste stadspoort van Babylon en gewijd aan de gelijknamige God. Een deel van deze poort is tegenwoordig te bezichtigen in het Pergamonmuseum in Berlijn.

Tussen 6000 en 1500 voor Christus ontwikkelde kleine agrarische nederzettingen in Mesopotamië zich tot de eerste steden. Zomaar weer een voorwerk uit deze tijd is deze lier uit het jaar 2500 voor Christus. De lier is gevonden in het graf van koningin Puabi.

Als laatste foto uit dit gedeelte van het museum nog een overzichtsfoto met allerlei opgegraven voorwerpen uit de beginperiode van Mesopotamië.

In een ander deel van het museum zijn grote ruimtes ingeruimd voor de grotere objecten. Een voorbeeld hiervan is de buste van koning Amenhotep III. Deze was oorspronkelijk onderdeel van een beeld van hem en zijn vrouw. Het stond in zijn graftempel. 150 jaar na het einde van zijn regeerperiode werd dit gebouw vernietigd door een aardbeving. De restanten van het beeld zijn vervolgens verplaatst naar een andere tempel.

Het volgende beeld is een van de weinig overgebleven beelden van een koning uit de Tweede Tussenperiode van Egypte (1782 tot 1570 voor Christus). Het beeld laat koning Sobekemsaf zien. Hiervan zijn er twee geweest en het is niet duidelijk om welke koning het hier gaat.

Op de onderstaande foto is de valse deur van Tjetji en zijn vrouw Debet te zien. Een valse deur in een tempel was een deur die de overgang moest weergeven tussen de wereld van de levenden en de wereld van de geesten.

Hieronder een groot beeld van een leeuw met het hoofd van een mens. Dit beeld was oorspronkelijk onderdeel van een paar leeuwen. Ze stonden langs een doorgang naar de troonzaal van Ashurnasirpal II (883 tot 859 voor Christus). Het beeld was bedoeld als een soort magische bescherming voor het gebouw.

De bronstijd bij de Grieken duurde van 3200 tot 1100 voor Christus. In deze periode werd brons gebruikt voor het maken van gereedschap, wapens en andere voorwerpen. De volgende foto laat een zaal van het museum zien waar allerlei voorwerpen te zien de periode van de Myceense beschaving (van 1600 tot 1100 voor Christus).

Nadat de Myceense koninkrijken tot een einde gekomen waren, ontstonden er machtige onafhankelijke steden zoals Athene, Korinthe, Sparta en Miletos. Dit is de periode van 1050 tot 520 voor Christus.

De laatste foto uit dit deel van het reisverslag laat een grote vaas zien uit 700 tot 650 voor Christus die gebruikt werd voor opslag. Het vermoeden is dat deze gemaakt is in Rhodes omdat dit de plek is waar hij ook gevonden is.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen