Reisverslag Lodz 2021 deel 22

Tags
Dinsdag 19 oktober 2021
Op de plek van het voormalige Radegast station in Lodz staat naast een stuk spoorrails een houten gebouw. In dit houten gebouw bevindt zich een klein museum ter nagedachtenis aan de gebeurtenissen die hier hebben plaatsgevonden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Naast dit gebouw staat een originele goederenwagen van de Duitse Reichsbahn waarmee de Joden werden getransporteerd naar de vernietigingskampen.



Achter dit houten gebouw staan zes grote zerken met hierop de namen van de vernietigingskampen waarnaar de Joden werden afgevoerd: Stutthof, Kulmhof am Ner, Ravensbrück, Sachsenhausen, Gross-Rosen, Auschwitz-Bireknau. Hierbij zijn overigens de orginele Duitse namen gebruikt. Sommige van deze plaatsen liggen nu namelijk in het huidige Polen.



De goederenwagons naast het houten gebouw worden voorafgegaan door een stoomlocomotief. Deze staat ook in de richting waarin de treinen vertrokken. De locomotief zelf is in 1944 in Berlijn gebouwd. In 2015 is de locomotief uitgebreid gerestaureerd. Op het buitenterrein staan ook nog een aantal informatieborden met de geschiedenis van het getto van Lodz en deze speciale plek.



Het houten gebouw zelf is niet erg groot en wordt voor het grootste deel gevuld met een maquette van het ghetto van Lodz. Verder is er ook nog een klein winkeltje waar je onder andere geschiedkundige boeken kunt kopen.



Op de laatste foto van de herdenkingsplek over het voormalige Radegast treinstation is nog een maquette te zien van hele terrein. Deze maquette bevindt zich naast de lange tunnel.



Lodz heeft natuurlijk ook een grote Joodse begraafplaats. Deze bevindt zich op loopafstand van de Radegast herdenkingsplek. Op weg naar de ingang van deze begraafplaats loop je dan langs de afscheidingsmuur hiervan. Op de tweede foto is wat vaag te zien dat op de stoeptegels is aangebracht waar de grens van het voormalige getto van Lodz liep.





Op de begraafplaats zelf is het eerste gebouw dat je tegenkomt het Joodse begraafhuis. Dit gebouw bestaat uit een aantal ruimtes die vrij toegankelijk zijn en gebruikt worden bij begrafenissen die hier plaatsvinden.





Voordat je op de echte begraafplaats komt, loop je langs een monument ter nagedachtenis aan de 43.000 Joden die in het getto van Lodz zijn omgekomen. In totaal zijn er op dit kerkhof tussen de 180.000 en 230.000 graven met namen erop.



Een van de meest bijzondere graven op het Joodse kerkhof is het mausoleum van Izrael en Eleonora Poznanski. Dit is een Pools Joodse zakenman die actief geweest is in de textiel. Dit is de grootste Joodse graftombe. Poznanski is zelf overleden in 1900 en dus acht jaar na de opening van het Joodse kerkhof hier begraven.

.



Zoals op de volgende foto te zien is, lijkt deze begraafplaats er slecht onderhouden uit te zien. Dat is iets dat op meer Joodse begraafplaatsen het geval is. Het slechte onderhoud is echter een bewuste keuze omdat het op dit soort begraafplaatsen gebruikelijk is dat alleen het minimale onderhoud plaats vindt om de doden zo weinig mogelijk te storen.



De 43.000 overledenen uit het getto van Lodz liggen op een speciaal veld begraven. Dit lijkt op het eerste gezicht gewoon een soort weiland te zijn met hier en daar een grafsteen. Dit heeft er echter mee te maken dat veel van de overledenen niet bekend zijn en er daarom dus geen grafstenen op die graven geplaatst zijn.

.

Als laatste hier nog een foto van een aantal willekeurige graven op dit kerkhof. Het is echt een kerkhof met een enorme oppervlakte waarvan ik natuurlijk maar een heel klein deel heb gezien.



Een andere plek in Lodz ter nagedachtenis aan de Tweede Wereldoorlog is het “Survivors Park”. Hier worden de mensen herdacht die het getto van Lodz overleefd hebben. Het park is officieel geopend op de 60ste verjaardag van de liquidatie van het getto, 30 augustus 2004. Het initiatief is genomen door een overlevende van de Tweede Wereldoorlog.



In dit park staat onder andere een monument voor de ondergrondse Zegota organisatie. Dit was een groep van Joden die tijdens de Duitse bezetting zoveel mogelijk probeerden om Joden te helpen met goederen en voedsel en ze eventueel ook in veiligheid te brengen. Zo zijn in samenwerking met de katholieke kerk 60.000 ariërverklaringen voor Joodse burgers uitgegeven.



Elk van de 418 personen die de oorlog heeft overleefd en teruggekeerd is naar Lodz heeft in dit park een eigen boom staan. In het park staat verder nog een groot monument waarop de namen staan van alle Polen die de titel “Rechtvaardigen der Volkeren” mogen dragen.



Na een kort bezoekje aan dit park ben ik me de bus weer verder gereden naar het centrum van de stad Lodz om daar naar het stadsmuseum te gaan kijken.



De wijken wat meer buiten het directe centrum van de stad zijn behoorlijk wijds opgezet. Vroeger heeft er in dit gedeelte van de stad blijkbaar ook een tram gereden. De oude tramrails inclusief de haltes zijn hier niet weggehaald en staan er nog steeds. Wel in een verwaarloosde toestand natuurlijk.



Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen

Filtered HTML