Dinsdag 3 mei 2022
Kecskemet is een stad met iets meer dan 100.000 inwoners die in het midden van Hongarije ligt. Vanuit het Nyugati station in Budapest rijdt er elk uur een rechtstreekse intercitytrein naar de zuidelijke stad Szeged, die ook langs Kesckemet komt. Als je om 10 voor 8 op de trein stapt in Budapest ben je rond 10 over 9 al in Kecskemet.



Op het traject van Budapest naar Szeged wordt zoals op de onderstaande foto te zien is, nog gebruik gemaakt van oude treinen uit de jaren ’80. Via smalle trapjes moe je de treinwagon in, aan toegankelijkheid is dus totaal nog niet gedacht. En verder kunnen de ramen ook gewoon nog open.



Intercity treinen bestaan vaak uit twee delen. Een deel waar je zonder reservering in kan. Dit zijn meestal oudere wagons die nog geen airconditioning hebben. Meestal rijdt er ook een wat moderne wagon mee, die alleen toegankelijk is met een apart kaartje waarvoor je een intercity toeslag moet betalen. Die toeslag verschilt afhankelijk van het traject maar is meestal niet meer dan ongeveer 1 euro.



Zoals op de onderstaande foto’s is te zien, is het station nog helemaal in de stijl van de jaren ’80. Er lijkt weinig aan opgeknapt te zijn. Op de grond liggen vooral grote betonplaten en het ziet er ook allemaal vrij grauw uit. De modernisering heeft hier in elk geval nog niet toegeslagen.





Als je het station uitloopt, kom je meteen terecht in een park. Naast dit park zou een museum moeten zijn dat vernoemd is naar de Hongaarse dichter Jozsef Katona. Het gebouw met het opschrift “museum” staat er, maar verder is alles gesloten en is er niets te zien dat aangeeft dat er hier nog iets te zien is. In de reviews op Google Maps kun je vinden dat dit museum al jaren gesloten blijkt te zijn.



Vanuit het park kun je via de Rakoczi straat naar het eigenlijke centrum wandelen van Kecskemet. Een monument op deze route is een acht meter hoog kruis met de figuur van Christus hierop. De maker ervan is niet bekend. Het kruis staat op de plek van het oude kerkhof dat geopend werd tijdens een grote epidemie in het jaar 1739.



De volledige Rackozi straat lijkt een aantal jaar geleden opnieuw ingericht te zijn. De betonplaten die je vaak in steden in Oost-Europa ziet zijn verdwenen. Midden in de straat staan twee rijen met bomen. Tussen de rijen is een wandelpad gemaakt en overal zijn borders aangelegd met planten. Hierdoor krijgt het geheel een groene en moderne uitstraling.



Langs deze route staat een kunstwerk uit 1983 met de titel “Microcosm in the Macrocosm” ter nagedachtenis aan de Hongaarse componist Bela Bartok. Het woord “Microcosm” verwijst naar 153 pianostukken die Bartok tussen 1926 en 1939 heeft gecomponeerd. Het woord “Macrocosm” naar een werk van de Amerikaanse componist George Crumb. Dit is een directe verwijzing naar het werk van Bartok waar hij een grote fan van was.



Kecskemet heeft een vrij compact centrum wat zich bevindt rondom een groot plein. Hier staan verschillende gebouwen zoals een aantal kerken, het stadhuis en een musea. Een kleine maquette geeft dit op een mooie wijze weer.



De volgende foto is genomen vanaf het centrale plein van de stad. Links staat het gebouw waarin het huis van wetenschap en cultuur is gevestigd. Rechts van de weg het Cifra Paleis waarin tegenwoordig een museum zit.



En ook in Kecskemet staat net zoals dat in Eger het geval is op een centrale plaats in de stad een monument ter herdenking van de gebeurtenissen in 1956.



Aan de andere kant van het plein (als het ware tegenover het huis van wetenschap en kunst) staat de grote kathedraal van Kecskemet. Deze kerk is gebouwd tussen 1774 en 1799. De oorspronkelijke toren is in 1819 afgebrand om vervolgens in 1863 weer volledig opgebouwd te zijn in de huidige vorm. Sinds 1993 is het de kathedraal van het aartsbisdom Kalocsa-Kecskemet.



In de toren van de kerk bevindt zich nog steeds een originele klok met bijbehorend mechanisme uit 1889. Dit is een van de oudste klokken in Hongarije die nog steeds werkt. Tot aan het eind van de jaren ’60 van de vorige eeuw was dit de enige openbare klok in het centrum van de stad. Pas na deze tijd zijn er ook klokken op andere kerken en openbare gebouwen gekomen.



Op dit centrale plein van de stad staat ook een beeld van Lajos Kossuth. Hij wordt gezien als de spirituele leider van de opstand in 1848 en 1849. Het beeld is na een lange discussie in 1906 op deze plek weggezet. Er is lang over gepraat of het beeld voor of achter het stadhuis zou moeten komen te staan.



Het gemeentehuis van de stad is een gebouw in Art Nouveau stijl dat gebouwd is tussen 1893 en 1897.



De Sint-Nicolaaskerk is het oudste nog bestaande gebouw in de stad Kesckemet. De kerk is aan het einde van de 13de eeuw gebouwd in gotische stijl. In de loop van de tijd is kerk steeds verder uitgebreid. De kerk wordt voor het eerst genoemd in een geschrift uit 1475. In het begin van de reformatie is de kerk zowel door katholieken als gereformeerden gebruikt. Na de brand van 1678 is de toren van de kerk die oorspronkelijk van hout was, herbouwd met steen.



Tussen 1777 en 1784 heeft een renovatie van de kerk in barokke stijl plaatsgevonden. De laatste grote aanpassing heeft tussen 1931 en 1933 plaatsgevonden toen een aparte Lourdeskapel bij de kerk is gebouwd.



Ter afsluiting van dit deel van het reisverslag nog een laatste foto van een monument uit het stadscentrum ter herdenking van de Tweede Wereldoorlog.



Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina