Reisverslag Hongarije 2023 Deel 4

Woensdag 26 april 2023
In de Hongaarse hoofdstad Boedapest bevindt zich in het centrum het postzegelmuseum van de Hongaarse posterijen. Het museum is ondergebracht in een gebouw van deze posterijen. Via een kleine onopvallende ingang kom je binnen in de ontvangstruimte van het museum. Daar moet je dan contant de toegangsprijs van 1200 Forint (Iets meer dan 3 euro) betalen. Daarna kun je verder lopen naar het museum dat zich op de eerste verdieping van het gebouw bevindt.



Het museum bestaat voor het grootste deel uit één ruimte die langs alle wanden opgevuld wordt door een eikenhouten betimmering. De sfeer ademt nog echt de jaren ’80 uit. Hierin bevinden zich in totaal 3200 metalen frames waarin meer dan 300.000 postzegels te zien zijn. Hiernaast is er nog een klein deel dat gebruikt wordt voor wisseltentoonstellingen. In totaal bezit dit museum een collectie van rond de 11 miljoen postzegels. Vanzelfsprekend is er een uitgebreide collectie van Hongaarse brieven, postzegels, ontwerpen van zegels en proefdrukken te zien. Maar het museum beschikt ook over een grote collectie (waaronder veel klassieke postzegels) van zegels uit allerlei landen van de wereld.

Als lid van de Wereldpostunie ontvangen de Hongaarse posterijen uitgaven van nieuwe postzegels van allerlei landen over de hele wereld. Hierdoor is een enorme collectie opgebouwd van zegels. Alles keurig netjes op albumbladen in volgorde van uitgifte. Een erg mooie gelegenheid om die lastige zegels, die je maar niet kunt vinden voor je verzameling een keer in het echt te zien.



De collectie van het museum is zo uitgebreid dat je hier als postzegelverzamelaar echt dagen door kunt brengen. Zelf ben ik er ongeveer een uurtje of twee geweest en heb allerlei mooie zegels uit de hele wereld (Van Hongarije tot aan Birma) kunnen bewonderen. Waar in Nederland de postzegelcollectie van het voormalige PTT-museum inmiddels is overgedragen aan het Nationaal Archief en nog maar beperkt toegankelijk is, bestaat er in Boedapest nog gewoon een ouderwets postzegelmuseum. Als je een keer in Boedapest bent, is het echt een aanrader om bij dit museum op bezoek te gaan. Foto’s maken mag, maar niet van de postzegels zelf.



Voor het postzegelmuseum heb ik de hele ochtend nodig gehad. Omdat ik pas met de trein van half 7 naar het Slowaakse Kosice zou vertrekken had ik nog de hele middag om in Budapest een aantal dingen te bezoeken. Een klein en bijzonder museum dat in Budapest te vinden is, is het Frans Liszt herdenkingsmuseum.



Het museum is gevestigd in het gebouw van een oude muziekacademie. Het bijzondere is dat Liszt hier vanaf januari 1881 tot aan zijn dood in 1886 gewoond heeft en hier ook lesgegeven heeft. Sinds 1925 is er in het gebouw een herdenkingskamer ingericht. Het huidige museum is geopend in 1986. De onderstaande foto laat een studeer-/slaapkamer zien met meubels uit de tijd van Liszt. Het zijn dus niet de originele meubels die hij gebruikt heeft, maar wel meubels die hier weggezet zijn op basis van oude prenten en beschrijvingen van de ze ruimte.



Als hij in Budapest was, had Liszt een druk programma. Hij stond om 4 uur op om tot 8 uur te componeren. Daarna ging hij naar de kerk om vanaf 11 uur bezoekers te ontvangen. In de middag gaf hij lessen om in de avond betaalde bezoeken te doen of zelf gasten te ontvangen.



Het museum zelf is vrij klein en bestaat maar uit enkele kamers. De toegangsprijs ligt op 3000 Forint (Dat is ongeveer 8 euro). Ondanks dat is het zeker de moeite waard om hier even te gaan kijken. Vooral omdat het een historische plek is waar de componist zelf gewoond heeft. En juist dit soort musea zijn de leuke plekken in een stad als Budapest omdat ze ongetwijfeld door heel wat toeristen over het hoofd gezien worden.



Een ander interessant museum bevindt zich in de “Rath villa”. Het gebouw is vernoemd naar Gyorgy Rath, de eerste directeur van het museum van toegepaste kunst. Hij had in zijn tijd een van de grootste privé kunstcollecties. Hij heeft de villa in 1901 gekocht en vervolgens gebruikt om vol te hangen met allerlei kunstwerken. Na zijn dood is zijn collectie volgens zijn wens ondergebracht bij het museum waarvan hij de eerste directeur was.



Na de Tweede Wereldoorlog werd de collectie van het museum in 1948 uit elkaar gehaald. Dit was het jaar waarin de communisten definitief aan de macht kwamen en zij vonden een museum in een grote bourgeois villa niet passen in een communistische samenleving. In 1954 is toen een collectie over China in de villa terechtgekomen. Uiteindelijk is pas in 2018 het museum weer volledig geopend met een collectie van kunst uit het museum voor toegepaste kunst.



Een van de eerste ruimtes in de Rath Villa is de Art Nouveau eetkamer op de volgende foto. In deze ruimte zijn onder andere een klok uit het museum van toegepaste kunst te zien en een aantal voorwerpen die door de beroemde schilder Rippl-Ronai ontworpen zijn voor de eetkamer van een beroemde politicus van die tijd.



Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen

Filtered HTML