Reisverslag Budapest Najaar 2022 deel 2

Tags
Donderdag 13 oktober 2022
Op de eerste dag dat ik in Hongarije was, ben ik met de trein vanuit Budapest naar Szeged geweest. Dit is een stad met ongeveer 160.000 inwoners die in de buurt van de Roemeense en Servische grens ligt. Als je vanuit Budapest rond 8 uur met de trein vertrekt, ben je ongeveer kwart over 10 in Szeged.



Gedurende de twee uur en vijftien minuten dat de reis duurt, legt deze trein een afstand van rond de 190 kilometer af. In totaal wordt op 10 stations gestopt, waardoor de trein nooit echt de snelheid krijgt van een echte intercitytrein zoals dat in Duitsland het geval is. Hieronder een foto van het station in Kistelek. Een van de laatste haltes voor het eindpunt van deze trein in Szeged.



Hoewel Szeged aan de grens ligt met Servië zijn ervan hieruit geen treinen die verder gaan richting dit land. Er wordt op dit moment wel gewerkt aan het moderniseren van de spoorlijn tussen Budapest en Belgrado zodat hier over enkele jaren weer treinen kunnen gaan rijden. Dit is echter een project dat gefinancierd wordt met Chinees geld, dus daar bestaat dan ook de nodige controverse over.



Het treinstation van Szeged is geopend in 1854 en bevindt zich vlak in de buurt van het centrum van de stad. Vanaf het treinstation kun je ook overstappen op het busnetwerk van deze stad. Maar omdat de afstanden allemaal maar redelijk beperkt zijn, ben ik gewoon te voet richting het centrum gegaan.



Na een wandeling richting het centrum van de stad kom je dan terecht in het park waar een aantal standbeelden staan van bekende Hongaren. Zoals het beeld van “Pal Vasarhelyi”. Hij was een waterbouwkundige uit de eerste helft van de 19de eeuw. Hij heeft er onder andere voor gezorgd dat de rivier de Donau in de tweede helft van de 19de eeuw bevaarbaar werd tot aan de Zwarte Zee.



Een ander beeld is dat van Lajos Tisza. Vanaf 1861 was hij actief in de Hongaarse politiek. Na de grote overstroming van Szeged in 1879 werd het verantwoordelijk voor de wederopbouw van de stad.



Op de laatste foto van dit deel van de stad staat nog de fontein van het park. Hierna ben ik verder gelopen naar de nieuwe synagoge van de stad.



De synagoge van Szeged is de op één na grootste synagoge van Hongarije. De grootste staat in de hoofdstad Boedapest. Het gebouw is tussen 1900 en 1903 gebouwd naar een ontwerp van de Joodse architect Lipot Baumhorn. De architectuur heeft zowel historische elementen als elementen uit de Jugendstil.



In de synagoge is plek voor ongeveer 1300 gelovigen. De koepel van de synagoge wordt gedragen door 24 zuilen, die alle uren van de dag moeten voorstellen. De nis waarin de Thora rollen bewaard worden, is gemaakt van marmer uit Jeruzalem. De bouwplannen van de synagoge die hier ook lagen zijn tijdens de Holocaust verloren gegaan.



De naam van de synagoge suggereert dat er al eerder een dergelijk gebouw in Szeged is gebouwd. Dat klopt ook, want rond 1800 werd hier de eerste synagoge gebouwd. Dit gebouw overleefde het echter niet en rond 1840 werd een volgende kleine synagoge in Szeged weggezet. De huidige synagoge werd te klein en daardoor is rond 1900 het huidige gebouw ontstaan.



De nieuwe synagoge is eigendom van de stad Szeged en wordt regelmatig gebruikt voor allerlei culturele evenementen.



Op het plein voor het Reok museum staat een beeld van het 3de huzarenregiment van de koninklijk Hongaarse landweer uit de tijd van Oostenrijk-Hongarije. Hiervoor werd de naam Honved gebruikt.



In het Reok paleis vinden regelmatig culturele tentoonstellingen plaats. Zoals op het onderstaande reclamebord te zien is, startte de volgende tentoonstelling op 15 oktober. Hierdoor was dit gebouw dus op deze dag (13 oktober) gesloten omdat ze toen bezig waren om de nieuwe tentoonstelling in te richten.



Andras Dugonics is een Hongaarse monnik, schrijver en professor die van 1740 tot 1818 geleefd heeft. Hij is geboren en gestorven in Szeged en naar hem is dan ook een plein genoemd met een bijbehorend beeld daarop. Hij heeft zowel fictieboeken geschreven als studieboeken op het gebied van wiskunde.





Een bezienswaardigheid in Szeged is de heldenpoort van 1936. Dit is een monument ter nagedachtenis van de Eerste Wereldoorlog. Hier worden de 12000 soldaten uit Szeged herdacht die gedurende deze oorlog om het leven gekomen zijn.



Langs de rivier die door Szeged loopt staat het monument ter nagedachtenis van de overstroming van 12 maart 1879. Hierbij zijn rond de 200 mensen om het leven gekomen en bleven er van de ruim 6000 woningen slechts 260 gespaard. Vijf dagen later werd de stad al bezocht door keizer Frans Jozef I. Uit maar liefst 35 verschillende landen kwam hulp om de stad weer op te bouwen.



De rivier de Tisza loopt door Szeged en heeft een lengte van 962 meter. Het is een zijrivier van de Donau die door Oekraïne, Roemenië, Hongarije, Slowakije en Servië stroomt.



Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen

Filtered HTML