Donderdag 13 oktober 2022
De Votiefkerk in Szeged is een kerk met twee torens die gebouwd is tussen 1913 en 1930. De kerk doet ook dienst als kathedraal van het gelijknamige bisdom. Deze kerk is één van de vele gebouwen die naar aanleiding van de vernieuwing van de stad vanwege de grote overstroming van 1879 is gebouwd.

De Votiefkerk is gebouwd naast het kathedraal plein dat een oppervlakte heeft van 12.000 m2. Dit plein heeft dezelfde afmetingen als het Sint Marcoplein in Venetië. Het plein wordt gebruikt voor concerten, musicals en andere culturele evenementen. Rondom het plein bevinden zich de gebouwen van de universiteit van Szeged.

Op 24 oktober 1930 is de kerk in Szeged ingewijd in aanwezigheid van ongeveer 30.000 mensen. De beide torens van de kerk hebben een hoogte. Binnen in de kerk zijn allerlei elementen terug te vinden van de Jugendstil, die je tegenkomt bij meerdere gebouwen in Szeged.


Op het plein voor de kerk staat de Dömötör toren. Op de onderstaande foto is dit de kleine toren links in beeld. Dit is het oudste gebouw van Szeged. Het fundament komt uit de 11de eeuw. De rest van de toren uit de 12de en 13de eeuw. Deze toren was ooit een onderdeel van de gelijknamige kerk. Tijdens de sloop van deze kerk in 1913 kwam de toren tevoorschijn uit de muur. Hij is toen gerenoveerd en verbouwd tot kapel.
>
De ochtend heb ik vooral gebruikt voor een wandeling door Szeged. In de midden heb ik nog een tweetal musea in de stad bezocht. In Szeged bevindt zich ook een kantoor van de grootste oppositiepartij van Hongarije (Democratische Coalitie). Szeged heeft overigens al vanaf 2002 dezelfde burgemeester van de socialistische partij en is daarbij lange tijd een van de weinige grote steden in Hongarije geweest waar regeringspartij Fidesz niet aan de macht was.


Het Fekete haz (Zwarte huis) is een gebouw dat in 1857 is gebouwd door de handelaar Ferdinand Mayer. Het is in een gotische en romantische stijl gebouwd. Omdat het gebouw van de buitenkant oorspronkelijk een zwarte kleur had, heeft het deze naam gekregen. Het is een van de weinige gebouwen die de grote watersnood uit 1879 heeft overleefd. Tegenwoordig bevindt er zich een museum.

In 2022 had de tijdelijke tentoonstelling die er toen te zien was als onderwerp de geschiedenis van riolering, hygiëne en toiletten. Er wordt gestart met de tijd van de Romeinen toen de eerste moderne toiletten in Europa verschenen.

In het museum zijn ook nog een aantal permanente zaken te zien zoals de originele inrichting van een apotheek.

Er wordt ook ingegaan op de geschiedenis van de riolering en de watertoevoer in Szeged zelf. De rivier de Tisza is altijd de belangrijkste waterbron van de stad geweest. Op de volgende foto zijn een aantal ontwerpen van toiletten te zien uit de 19de eeuw.

De tentoonstelling wordt afgesloten met een aantal oude badkamers uit de eerste periode van de 20ste eeuw.

Het centrale museum van Szeged, is het Mora Ferenc Museum, dat zich bevindt aan het Roosevelt plein. Een aantal andere kleinere musea waaronder het Fekete haz, zijn dependances van dit grote museum. Het museum is vernoemd naar één van zijn voormalige directeuren uit de beginperiode.

In oktober 2022 was er naast de permanente collectie in dit museum een wisseltentoonstelling over de mensen die vroeger als een soort cowboy’s rondtrokken door de Pannonische Vlakte. Dit is een grote vlakte in centraal en zuidoost Europa die ontstond na het opdrogen van de Pannonische Zee. Dat dit een wisseltentoonstelling was, bleek toen ik in het voorjaar van 2023 weer in Hongarije was en daar exact dezelfde tentoonstelling tegenkwam in een museum in de stad Györ.

De manier van leven in dit gebied kwam rond 1880 tot een einde. Een deel van de tentoonstelling gaat ook over de cowboys in de Verenigde Staten. Hoewel er tussen beide zaken geen verband is, liep ook dit bestaan aan het einde van de 19de eeuw op zijn eind.

Het laatste deel van de tentoonstelling gaat over de oorspronkelijke bevolking van Noord-Amerika. Naast de Indianen zijn dit natuurlijk ook de Eskimo’s in het uiterste noorden van dit continent. De naam Indianen is ontstaan nadat Christopher Columbus hier in 1492 aan land kwam en dacht dat hij de westelijke route naar India had ontdekt.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina
De Votiefkerk in Szeged is een kerk met twee torens die gebouwd is tussen 1913 en 1930. De kerk doet ook dienst als kathedraal van het gelijknamige bisdom. Deze kerk is één van de vele gebouwen die naar aanleiding van de vernieuwing van de stad vanwege de grote overstroming van 1879 is gebouwd.

De Votiefkerk is gebouwd naast het kathedraal plein dat een oppervlakte heeft van 12.000 m2. Dit plein heeft dezelfde afmetingen als het Sint Marcoplein in Venetië. Het plein wordt gebruikt voor concerten, musicals en andere culturele evenementen. Rondom het plein bevinden zich de gebouwen van de universiteit van Szeged.

Op 24 oktober 1930 is de kerk in Szeged ingewijd in aanwezigheid van ongeveer 30.000 mensen. De beide torens van de kerk hebben een hoogte. Binnen in de kerk zijn allerlei elementen terug te vinden van de Jugendstil, die je tegenkomt bij meerdere gebouwen in Szeged.


Op het plein voor de kerk staat de Dömötör toren. Op de onderstaande foto is dit de kleine toren links in beeld. Dit is het oudste gebouw van Szeged. Het fundament komt uit de 11de eeuw. De rest van de toren uit de 12de en 13de eeuw. Deze toren was ooit een onderdeel van de gelijknamige kerk. Tijdens de sloop van deze kerk in 1913 kwam de toren tevoorschijn uit de muur. Hij is toen gerenoveerd en verbouwd tot kapel.
>

De ochtend heb ik vooral gebruikt voor een wandeling door Szeged. In de midden heb ik nog een tweetal musea in de stad bezocht. In Szeged bevindt zich ook een kantoor van de grootste oppositiepartij van Hongarije (Democratische Coalitie). Szeged heeft overigens al vanaf 2002 dezelfde burgemeester van de socialistische partij en is daarbij lange tijd een van de weinige grote steden in Hongarije geweest waar regeringspartij Fidesz niet aan de macht was.


Het Fekete haz (Zwarte huis) is een gebouw dat in 1857 is gebouwd door de handelaar Ferdinand Mayer. Het is in een gotische en romantische stijl gebouwd. Omdat het gebouw van de buitenkant oorspronkelijk een zwarte kleur had, heeft het deze naam gekregen. Het is een van de weinige gebouwen die de grote watersnood uit 1879 heeft overleefd. Tegenwoordig bevindt er zich een museum.

In 2022 had de tijdelijke tentoonstelling die er toen te zien was als onderwerp de geschiedenis van riolering, hygiëne en toiletten. Er wordt gestart met de tijd van de Romeinen toen de eerste moderne toiletten in Europa verschenen.

In het museum zijn ook nog een aantal permanente zaken te zien zoals de originele inrichting van een apotheek.

Er wordt ook ingegaan op de geschiedenis van de riolering en de watertoevoer in Szeged zelf. De rivier de Tisza is altijd de belangrijkste waterbron van de stad geweest. Op de volgende foto zijn een aantal ontwerpen van toiletten te zien uit de 19de eeuw.

De tentoonstelling wordt afgesloten met een aantal oude badkamers uit de eerste periode van de 20ste eeuw.

Het centrale museum van Szeged, is het Mora Ferenc Museum, dat zich bevindt aan het Roosevelt plein. Een aantal andere kleinere musea waaronder het Fekete haz, zijn dependances van dit grote museum. Het museum is vernoemd naar één van zijn voormalige directeuren uit de beginperiode.

In oktober 2022 was er naast de permanente collectie in dit museum een wisseltentoonstelling over de mensen die vroeger als een soort cowboy’s rondtrokken door de Pannonische Vlakte. Dit is een grote vlakte in centraal en zuidoost Europa die ontstond na het opdrogen van de Pannonische Zee. Dat dit een wisseltentoonstelling was, bleek toen ik in het voorjaar van 2023 weer in Hongarije was en daar exact dezelfde tentoonstelling tegenkwam in een museum in de stad Györ.

De manier van leven in dit gebied kwam rond 1880 tot een einde. Een deel van de tentoonstelling gaat ook over de cowboys in de Verenigde Staten. Hoewel er tussen beide zaken geen verband is, liep ook dit bestaan aan het einde van de 19de eeuw op zijn eind.

Het laatste deel van de tentoonstelling gaat over de oorspronkelijke bevolking van Noord-Amerika. Naast de Indianen zijn dit natuurlijk ook de Eskimo’s in het uiterste noorden van dit continent. De naam Indianen is ontstaan nadat Christopher Columbus hier in 1492 aan land kwam en dacht dat hij de westelijke route naar India had ontdekt.

Het volgende deel van dit reisverslag is te vinden op deze pagina

Reactie toevoegen